Bestuur, wees op uw hoede!
Rond Prinsjesdag zijn dit jaar meer signalen dan vorige jaren dat gemeenten moeten besparen op openbare voorzieningen zoals zwembaden, bibliotheken en muziekscholen.
Dit zijn vaak geprivatiseerde instellingen die zelfstandig, maar wel volledig afhankelijk van gemeentelijke subsidies zijn. Die dreigen nu verlaagd of zelfs volledig gestopt te worden, met gehele of gedeeltelijke sluiting en ontslagen tot gevolg.
Inkomsten stoppen, personeelskosten lopen door
Omdat het vaak geprivatiseerde gemeentelijke instellingen betreft geldt voor het personeel regelmatig een “ambtenaren-cao” en wordt het risico van werkeloosheidsuitkeringen als B3-instelling zelf gedragen. Na ontslag moet daarom vaak nog geruime tijd een bovenwettelijke ontslagvergoeding doorbetaald worden. Kortom, de inkomsten stoppen met de subsidie, maar de personeelskosten blijven doorlopen. Dit bedreigt vaak het voortbestaan van de instelling nog meer dan de subsidieverlaging zelf.
Wat zegt de wet hierover?
De wet en de jurisprudentie beschermen de gesubsidieerde instellingen enigszins tegen plotselinge bezuinigingen. Bij het intrekken van een subsidie binnen de subsidieperiode moet de subsidieverlener schade vergoeden (art. 4:50 Awb). Als de subsidie, als deze drie jaren of langer verleend is, niet wordt verlengd of wordt verlaagd moet de subsidieverlener dit zo tijdig aankondigen dat de instelling zich hier op kan voorbereiden (art. 4:51 Awb). Soms moet de subsidieverlener de frictiekosten, waaronder de ontslagkosten, ook vergoeden.
De aankondiging van het niet, volledig, voortzetten van de subsidierelatie is een besluit waartegen bezwaar gemaakt kan worden. De daarvoor beschikbare termijn is 6 weken na de bekendmaking.
Precaire positie directie en bestuurders
De juridische positie van een subsidieontvanger is vaak niet rooskleurig. Het blijkt echter dat er vaak nog wel wat te onderhandelen is. In dat kader is een tijdig bezwaar van strategisch belang. Daarnaast spelen in die onderhandelingen ook de juridische verplichtingen ten opzichte van het personeel en andere langdurige relaties, zoals bijvoorbeeld verhuurders, een belangrijke rol. Daarnaast is de positie van de directie en bestuurders in een situatie waar mogelijk een faillissement dreigt precair: ze moeten geen fouten maken om persoonlijke aansprakelijkheid te voorkomen.
Het is verstandig als bestuurder van een slachtoffer van de bezuinigingen tijdig steun te zoeken bij een adviseur met deskundigheid op het gebied van het subsidierecht, het ambtenaren- en arbeidsrecht en het ondernemingsrecht om geen steken te laten vallen.
JPR Advocaten kan u die steun bieden.