Beschuldig een werknemer niet zomaar van grensoverschrijdend gedrag

De Rechtbank Midden-Nederland heeft in een recente uitspraak een werkgever op de vingers getikt. De werkgever beschuldigde de werknemer van grensoverschrijdend gedrag. De rechter vindt dat werkgever onvoldoende zorgvuldig onderzoek heeft gedaan. Gevolg: de werkgever handelt verwijtbaar en moet de portemonnee trekken. Wij leggen u graag uit waar u op moet letten.

Wat speelde er?

Werkgever is actief in de reisbranche. Werknemer is per 10 januari 2022 in dienst getreden op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van 18 maanden. Op 6 april 2022 wordt de werknemer een andere functie binnen het bedrijf aangeboden. Werknemer heeft die functie aanvaard. Eén dag later, 7 april 2022, wordt aan werknemer medegedeeld dat hij geschorst is. Dit is vanwege klachten over zijn gedrag, met behoud van loon. Er wordt werknemer ook verteld dat werkgever hem wil ontslaan.

Werkgever verzoekt vervolgens bij de rechter ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Werkgever voert daarbij aan dat werknemer zich schuldig heeft gemaakt aan ongepast en onbehoorlijk gedrag. Volgens werkgever zou er sprake zijn van machtsmisbruik. Werknemer zou:

• vrouwonvriendelijk opmerkingen gemaakt hebben,
• discriminatoir en/of racistische uitlatingen hebben gedaan,
• onprofessionele en denigrerende opmerkingen hebben gemaakt,
• mensen tegen elkaar hebben opgezet,
• ervoor gezorgd hebben dat er een onveilige werksituatie was.

Werknemer betwist dat hij grensoverschrijdend heeft gehandeld. Hij stelt dat werkgever hem heeft overvallen en aangevallen met de ernstige verwijten. Door de uitlatingen van werkgever ervaart werknemer veel stress. Hij verwacht dat hij minstens een half jaar nodig heeft om een nieuwe baan te vinden.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank is van oordeel dat de beschuldigingen van werkgever ernstig zijn. Zeker die over vrouwonvriendelijke gedrag, discriminatie en racisme. Zulke beschuldigingen vereisen volgens de rechter een grondig en zorgvuldig onderzoek en een degelijke onderbouwing. De aantijgingen raken namelijk niet alleen het functioneren van een werknemer, maar ook diens persoonlijke integriteit. Ongefundeerde beschuldigingen van deze aard kunnen een werknemer ook persoonlijk beschadigen.

De rechtbank vindt dat werkgever onvoldoende en onvoldoende zorgvuldig onderzoek heeft gedaan en dat de beschuldigingen onvoldoende zijn onderbouwd. Ook is het voor de rechter volstrekt onduidelijk hoe werkgever werknemer op 6 april 2022 nog een andere functie heeft kunnen aanbieden. Terwijl werkgever nog geen dag later aan werknemer heeft laten weten de arbeidsovereenkomst toch te willen beëindigen. Tussen 6 en 7 april heeft er immers ook geen specifiek voorval plaatsgevonden om onmiddellijke schorsing en beëindiging van de arbeidsovereenkomst te rechtvaardigen.

De rechtbank is van oordeel dat werkgever hierdoor verwijtbaar heeft gehandeld. De werkgever moet daarom de werknemer een (billijke) vergoeding betalen. De rechter wijst hiervoor naar het loon over de periode dat de arbeidsovereenkomst nog geduurd zou hebben. De arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zou pas 10 juli 2023 eindigen. Dat betekent dat de vergoeding aan werknemer bijna negen keer het maandsalaris van werknemer (€ 10.800,-) is. Ook moet de werkgever een deel van de kosten van rechtsbijstand van werknemer (€ 4.200,-) vergoeden.

Verantwoordelijkheid werkgever

De rechtbank benoemt daarbij nog dat op een werkgever een zekere verantwoordelijkheid rust. Namelijk om werknemers duidelijk te maken wat de regels binnen het bedrijf zijn en welke gedragsnormen daarin leidend zijn. En dat op een werkgever een verantwoordelijkheid rust om haar werknemers hierin op te voeden.

Het is daarom raadzaam om een beleid en/of protocol rondom ongewenste omgangsvormen te hebben. JPR Advocaten helpt u hier graag bij. Heeft u al een beleid en/of protocol over ongewenste omgangsvormen? En wilt u graag weten of dit beleid in orde is en voldoet aan de wet- en regelgeving? Voor € 495,- excl. btw checken wij uw huidige beleid en brengen dit in overeenstemming met de wettelijke vereisten, inclusief een (telefonisch) intake- en eindgesprek. Klik hier voor meer informatie en het inschrijfformulier.