De overheid houdt bij waar iemand woont in de Basisregistratie Personen, de BPR. Dat is een taak voor de gemeenten. Er zijn echter mensen die geen vast adres hebben, maar wel in Nederland rondlopen. Dat zijn er meer dan u denkt. Maar hoe kunnen deze mensen gedagvaard worden zonder vast woonadres?
Briefadres
Als er geen woonadres is moet een ingezetene een briefadres opgeven aan de gemeente. De gemeente kan ook zelf een briefadres registreren. Denk bijvoorbeeld aan gevangenen en mensen die langdurig in een inrichting zijn opgenomen. Een briefadres moet een echt adres zijn en geen postbus. De houder van het adres moet ook zorgen dat de stukken die aan dat briefadres worden gericht betrokkene ook bereiken. De overheid denkt daarbij vooral aan zichzelf. Het gaat dan om stukken zoals een stempas voor verkiezingen, belastingformulieren en dagvaardingen. Om dat laatste gaat het hier.
Dagvaarding
Een dagvaarding moet worden bezorgd (‘betekend’) aan de woonplaats. Normaal gesproken staat die woonplaats in de BPR (al is dat niet doorslaggevend). Er zijn echter de nodige mensen van wie geen woonplaats bekend is. De vraag was of een dagvaarding dan aan het briefadres kon worden uitgebracht of openbaar moet. Openbare betekening betekent een mededeling in de (digitale) Staatscourant. Juist de mensen voor wie deze dagvaarding is bestemd, behoren meestal niet tot de vaste lezers van de Staatscourant. In de praktijk komt die dagvaarding daarom vrijwel nooit bij betrokkene.
Briefadres is gekozen woonplaats
Iemand kan ook een woonplaats kiezen, bijvoorbeeld bij zijn advocaat. Een dagvaarding moet dan aan die gekozen woonplaats worden uitgebracht. De Hoge Raad heeft nu uitgemaakt(1) dat een briefadres geldt als een gekozen woonplaats. Dat betekent dat een dagvaarding voor iemand met een briefadres in de BPR aan dat briefadres moet worden betekend en niet openbaar. Dat briefadres is ook maatgevend voor de bevoegdheid van de rechter. Verder geldt de gewone termijn van dagvaarding van een week in plaats van de termijn bij openbare dagvaarding van drie maanden. Scheelt weer een hoop tijd.
Procederen is ons vak. Wij helpen u graag.
(1) Hoge Raad 28 juni 2019, ECLI:NL:HR:2019:1052