In een recente uitspraak heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat de beëindiging van een samenwerking niet meteen de beëindiging van een licentie betekent. De beëindiging van een samenwerking kan met zich brengen dat de licentie niet kan worden opgezegd, totdat een vervangende softwareleverancier is gevonden.
Feiten
Haerst wenste een diagnostische camera binnen de psychiatriepraktijk te ontwikkelen. Hiervoor heeft Haerst Autodidact benaderd voor de ontwikkeling van de hardware van de camera en Lizard Apps voor de ontwikkeling van de software voor de camera. Tussen Haerst en Lizard Apps zijn diverse overeenkomsten gesloten, waaronder een samenwerkingsovereenkomst, een licentieovereenkomst en een Service Level Agreement.
Samenwerking wordt beëindigd
Op een bepaald moment zegt Haerst de samenwerking met Lizard Apps op. Lizard Apps accepteerde de beëindiging alleen onder de voorwaarde dat haar schade werd vergoed. Ook gaf Lizard Apps aan dat de beëindiging van de samenwerking tevens de beëindiging van de licentie betekent. Lizard Apps verbood Haerst om gebruik te maken van de software die Lizard Apps had ontwikkeld. Er was echter al een aantal camera’s op de markt gebracht, waarop de software van Lizard Apps stond geïnstalleerd. Haerst had daarnaast nog geen vervangende softwareleverancier gevonden. Haerst gaf aan dat zij de software zal blijven gebruiken, totdat zij een vervanger zou vinden. Dit leidde tot een gerechtelijke procedure.
Procedure
In deze procedure vorderde Lizard Apps onder meer een verbod voor Haerst om inbreuk te maken op de auteursrechten van Lizard Apps. Door niet over een licentie te beschikken en toch gebruik te maken van de software van Lizard Apps, maakte Haerst volgens Lizard Apps auteursrechtinbreuk.
Oordeel voorzieningenrechter
De voorzieningenrechter oordeelde dat de licentieovereenkomst niet was beëindigd. Volgens de voorzieningenrechter brengt de beëindiging van de samenwerking niet per definitie de opzegging van een licentie met zich. De voorzieningenrechter merkte daarbij op dat Haerst en Lizard Apps verschillende overeenkomsten hebben gesloten en dat de licentie niet onlosmakelijk met de samenwerking is verbonden.
Verder oordeelt de voorzieningenrechter dat de aard van de licentie zich tegen een rechtsgeldige opzegging verzet. De software van Lizard Apps is de enige bruikbare software op dit moment. Totdat Haers vervangende software heeft laten ontwikkelen, is het Haerst toegestaan om gebruik te maken van de software van Lizard Apps en sublicenties te verlenen aan gebruikers van de camera’s. Om de functionaliteit van deze software te waarborgen, is het Haerst zelfs toegestaan om een kopie van de software te bewaren.
Leerpunten
Uit deze uitspraak blijkt dat het bij samenwerkingsovereenkomsten waarbij softwarelicenties zijn betrokken, van groot belang is om goede afspraken te maken. Om situaties als de onderhavige te voorkomen, is het van belang om allereerst de gehele samenwerking zoveel mogelijk in één overeenkomst vast te leggen. Daarmee is de licentie eerder onlosmakelijk verbonden met de gehele samenwerking.
Daarnaast is het van belang om duidelijke (en soms uitgebreide) afspraken te maken over het (beperkte) gebruik van een licentie na de beëindiging van de samenwerking. Indien hierin is voorzien in de samenwerkingsovereenkomst, is het minder aannemelijk dat de rechthebbende op de software wordt gedwongen om een partner met wie de rechthebbende niet meer wenst samen te werken, gebruik te laten maken van de software van de rechthebbende totdat deze partner andere software heeft laten ontwikkelen.
Slotsom
JPR Advocaten heeft veel ervaring in het opstellen, uitonderhandelen en de beëindiging van een licentieovereenkomst. JPR Advocaten denkt graag met u mee en neemt bij het opstellen van overeenkomsten voor u zoveel mogelijk preventieve maatregelen om onwenselijk situaties in de toekomst te voorkomen.