Hoe moet de erfenis worden verdeeld? Dat is soms best lastig. In dit geval moest de Hoge Raad er zelf aan te pas komen.
Wat was er aan de hand?
Een man was getrouwd met een vrouw. Uit het huwelijk zijn twee kinderen geboren. De ouders gaan uit elkaar en de man hertrouwt met een andere vrouw. Zij heeft twee kinderen uit haar vorige huwelijk.
Tussen de man en zijn tweede vrouw bestaat een wettelijke gemeenschap van goederen. Daarvan was echter een levensverzekering van de vrouw op het leven van de man uitgezonderd. De man maakt een testament. Daarin benoemt hij zijn tweede vrouw en alle vier de kinderen tot zijn erfgenamen (dus zowel zijn eigen kinderen als zijn stiefkinderen).
Wettelijke verdeling
In het testament was niet afgeweken van de wettelijke verdeling. Die regeling is van toepassing als iemand overlijdt, terwijl hij is getrouwd en een of meer kinderen nalaat. Alle bezittingen en goederen worden dan automatisch toegedeeld aan de langstlevende echtgenoot. De kinderen krijgen hun erfdeel in de vorm van een vordering in geld op de langstlevende echtgenoot. Die vordering behoeft pas te worden betaald na het overlijden van die echtgenoot. Bij testament kan worden bepaald dat de regeling ook van toepassing is op stiefkinderen. Dat was hier ook de situatie.
Wat gebeurde er verder?
De man kwam te overlijden. ASR keert op grond van de levensverzekering € 400.000,-- uit aan de hypotheekbank. Deze had een bedrag van € 650.000,-- uitgeleend aan de man en zijn tweede vrouw voor de financiering van hun huis. Met die uitkering werd een deel van die lening afgelost.
Erfdelen kinderen
De kinderen en de tweede echtgenote konden het niet eens worden over de hoogte van de erfdelen van de kinderen. De wet bepaalt dat de kantonrechter op verzoek van een van hen die hoogte vaststelt. De kinderen deden een dergelijk verzoek.
Oordeel kantonrechter
De kantonrechter telde de uitkering uit de levensverzekering niet mee. Die kwam immers toe aan de tweede echtgenote privé en viel niet in de gemeenschap van goederen. De kantonrechter stelde de erfdelen vast op € 4.451,04 per kind.
Oordeel gerechtshof
De kinderen waren het daar niet mee eens en gingen in hoger beroep. Het gerechtshof telde de uitkering wel mee. De redenering van het hof was dat in de lening overeenkomst voor het huis was bepaald dat mevrouw verplicht was de uitkering aan de bank te verpanden. Dat had zij overigens niet gedaan. Het hof berekende de erfdelen van de kinderen op € 59.454,20 per kind. Dat scheelde nogal.
Wat vond de Hoge Raad?
De kinderen stapten naar de Hoge Raad. Deze was het eens met de kantonrechter. De uitkering uit de levensverzekering viel niet in de gemeenschap van goederen en behoorde daarom niet tot de nalatenschap. De Hoge Raad vernietigt daarom de beschikking van het gerechtshof. Hij verwijst de zaak naar een ander gerechtshof. Dat moet opnieuw op het hoger beroep beslissen. Ik verwacht echter dat partijen de zaak nu wel zullen schikken. De uitkomst is immers nu wel duidelijk. De beschikking van de Hoge Raad kan je hier vinden.
Afwikkeling is niet altijd makkelijk
Een veel voorkomende situatie: een langstlevende echtgenoot en kinderen moeten de erfenis verdelen. Daarvoor moet eerst de huwelijksgoederengemeenschap tussen de ouders worden verdeeld. En daar ging het in deze zaak mis. Een procedure tot en met de Hoge Raad was het gevolg. Die kost helaas tijd: de man in deze zaak overleed op 11 november 2015. De Hoge Raad deed uitspraak op 24 november 2023, dus acht jaar later.
Advocaat erfrecht
Een gespecialiseerde advocaat is in dit soort zaken broodnodig. De erfrechtadvocaten van JPR weten daar raad mee. Meestal lukt het om een zaak buiten de rechter om te regelen, maar als het moet, voeren wij een procedure om te zorgen dat je krijgt waar je recht op hebt.