We schreven al vaker over de per 1 januari 2021 in werking getreden Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA). De prejudiciële beslissing van de Hoge Raad van vrijdag 25 februari 2022 zet de werking van de WHOA echter onder druk.
Doel: faillissement voorkomen
Met de WHOA kunnen ondernemingen aan hun schuldeisers een door de rechter goedgekeurd dwangakkoord opleggen. Een dwangakkoord omdat het bindend is voor alle bij het akkoord betrokken schuldeisers en aandeelhouders, ook voor schuldeisers en aandeelhouders die tegen het akkoord hebben gestemd. Dit maakt het voor ondernemingen die in de kern levensvatbaar zijn eenvoudiger om hun schulden te herstructureren en daarmee een faillissement te voorkomen.
Prejudiciële beslissing
Wat is er nu aan de hand? De rechtbank Amsterdam heeft in een lopende WHOA-procedure aan de Hoge Raad de prejudiciële vraag gesteld of de WHOA van toepassing is op vorderingen van bedrijfstakpensioenfondsen voor achterstallige pensioenpremies.
De Hoge Raad zegt van niet. In artikel 369 lid 4 Fw is bepaald dat de WHOA niet van toepassing is op rechten van werknemers in dienst van de schuldenaar die voortvloeien uit arbeidsovereenkomst. Vorderingen van pensioenfondsen voor achterstallige pensioenpremies vallen volgens de Hoge Raad onder de reikwijdte van dit artikel.
Onder de rechten van werknemers als bedoeld in artikel 369 lid 4 Fw vallen ook vorderingen van werknemers jegens de werkgever op betaling van die premies aan het bedrijfstakpensioenfonds. Deze vorderingen kunnen dus niet betrokken worden in een onderhands akkoord. Afbreuk aan dit recht zou de pensioenopbouw van werknemers in gevaar kunnen brengen.
Deze beslissing brengt mee dat dat een door de rechter afgekondigde afkoelingsperiode zich daarom ook niet kan uitstrekken tot vorderingen van een bedrijfstakpensioenfonds voor pensioenpremies. Bedrijfstakpensioenfondsen worden dus niet in hun verhaalsmogelijkheden beperkt.
Kortom: de werking van WHOA is beperkter geworden
Weet dus dat de WHOA niet voor alle schulden geldt. Zo blijven naast de vorderingen van werknemers ook vorderingen voor pensioenpremies buiten een WHOA-akkoord. Is de schuldenlast met name ontstaan door achterstallig loon en/of achterstallige pensioenpremies, dan is de kans op het succesvol doorlopen van het WHOA-traject klein. In een dergelijk geval kijken we naar andere manieren om de schuldenlast te herstructureren.
De toekomst zal verder moeten uitwijzen hoe deze prejudiciële beslissing van de Hoge Raad in de praktijk zal uitwerken. Wij zullen u op de hoogte houden. Is de wet mogelijk op uw situatie van toepassing of wilt u meer weten? Neem contact op met een van onze specialisten.