Onderhandelingen over de aan- of verkoop van of participatie in een onderneming zijn spannend. Het geeft ook energie. Zoveel dat je als koper of participant (in het vertrouwen dat het wel goed zal komen) al waarde toevoegt aan de onderneming, terwijl je nog geen eigenaar bent. Je hengelt bijvoorbeeld alvast een nieuwe klant binnen of regelt een waardevolle vergunning.
En dan ketst de deal af. Bijvoorbeeld omdat je geen overeenstemming kan bereiken over de voorwaarden waaronder de transactie plaatsvindt of tijdens het proces “het goede gevoel” verdwijnt.
Het onderhandelingsproces wordt beëindigd. En nu dan? Kan dat zomaar en wat is daar de consequentie van?
Uitgangspunten
Onderhandelingen kunnen als uitgangspunt op ieder moment worden beëindigd. Dat kan echter niet altijd zonder aan de andere partij een vergoeding aan te bieden. Welke vergoeding dat is, hangt af van de omstandigheden van het geval, zoals de mate waarin het onderhandelingsproces is gevorderd.
In 1982 is al uitgemaakt dat het onderhandelingsproces zover op streek kan zijn dat de afbrekende partij een vergoeding aan de andere partij moet betalen voor de kosten die deze inmiddels heeft moeten maken.
Zit het onderhandelingsproces in de eindfase dan kan het afbreken naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn. Denk aan de situatie dat partijen er eigenlijk wel zo goed als uit zijn en een partij er toch vanaf wil zien. Dan zal de transactie weliswaar geen doorgang vinden, maar kan dat leiden tot het moeten betalen van forse schadevergoeding door de afbrekende partij.
Meer weten over dit onderwerp?
Wil je meer weten over het onderhandelingsproces en de consequenties van het afbreken hiervan? Sebastiaan denkt graag met je mee.
De Hoge Raad verduidelijkt
De Hoge Raad heeft op 14 juni van dit jaar duidelijk gemaakt dat ook ingeval dat het afbreken nog niet onaanvaardbaar is, er ruimte kan zijn voor het betalen van een schadevergoeding. Bijvoorbeeld in die gevallen waarin een van de partijen al voor de muziek uit is gelopen en (ook voor de afbrekende partij) waarde heeft toegevoegd aan het transactie-object.
Van de deal afzien omdat je de ander in zo’n geval niet meer nodig denkt te hebben of met een ander verder wil, kan dan een onrechtmatige daad of ongerechtvaardigde verrijking opleveren, die tot het betalen van schadevergoeding verplicht.
In de kwestie die bij de Hoge Raad aan de orde was, hadden de kopers van een perceel grond voorafgaande aan verkrijging onder meer veel inspanningen verricht en kosten gemaakt om het bestemmingsplan bij de gemeente gewijzigd te krijgen teneinde hun project te kunnen realiseren. De verkopers wisten dat de gemeente daaraan zou gaan meewerken op het moment dat ze de onderhandelingen afbraken om het perceel vervolgens aan een ander te verkopen voor een hoger bedrag.
Voor de praktijk
Deze uitspraak is een goede aanvulling voor de praktijk omdat de door Hoge Raad gegeven
verduidelijking algemeen toepasbaar is op het afbreken van onderhandelingen bij commerciële contracten, dus ook bij de aan- of verkoop van of participatie in ondernemingen. Echter, voorkomen van de discussie is beter dan genezen. Daarom blijft het advies om voorafgaand aan onderhandelingen in een intentieovereenkomst goed met elkaar af te spreken onder welke voorwaarden de onderhandelingen plaatsvinden en op welke wijze en onder welke voorwaarden je de onderhandelingen kunt beëindigen. Dit recente arrest toont maar weer eens aan hoe belangrijk het is daar aandacht aan te besteden.
Heb je nog vragen? JPR denkt graag mee
Wij helpen graag. We helpen bijvoorbeeld om de afspraken op papier te zetten of bij het bereiken van een oplossing als dat is vergeten. Neem vrijblijvend contact op met onze specialisten in fusies en overnames of handelsgeschillen om de mogelijkheden te bespreken.