Voor brandverzekeringen gelden onderling gemaakte afspraken over onderling regres. Deze afspraken zijn vastgelegd in de huidige BBr 2014. Wij leggen u graag in dit artikel uit hoe het zit.
De achtergrond van de BBr 2014
De wettelijk kaders van het regresrecht van verzekeraars worden gegeven door artikel 7:962 BW (subrogatie) en artikel 6:197 BW, beter bekend als ‘De Tijdelijke regeling verhaalrechten’ (hierna ook: TVR).
Voor brandverzekeringen gelden tussen (de meeste) Nederlandse verzekeraars ook nog onderling gemaakte afspraken over de mogelijkheden, maar met name de onmogelijkheden van onderling regres. Deze afspraken zijn vastgelegd in de huidige Bedrijfsregeling Brandregres 2014 (hierna: BBr 2014). Voordat wordt ingezoomd op beperking van regres bij brand en dus op de BBr 2014, eerst nog kort iets over de ‘Tijdelijke regeling verhaalrechten’.
Tijdelijke regeling verhaalrechten
Bij de invoering van Nieuw Burgerlijk Wetboek in 1992 is het aansprakelijkheidsrecht op een aantal punten gewijzigd. Zo zijn er een aantal regels omtrent risicoaansprakelijkheid ingevoerd ter bescherming van het slachtoffer. De wetgever vond het (voorlopig) niet gewenst dat anderen (zoals met name schadeverzekeraars) dan de slachtoffers zelf ook van deze risicoaansprakelijkheidsbepalingen konden profiteren.
In artikel 6:197 BW is daarom bepaald dat de genoemde aansprakelijkheidsbepalingen voor het ontstaan van een aantal verhaalvorderingen buiten toepassing blijven. Hetzelfde geldt voor een aantal aansprakelijkheidsbepalingen van Boek 8 BW.
Deze regeling staat bekend als de ‘Tijdelijke regeling verhaalrechten’. Inmiddels is het niet zo tijdelijk meer. Op dit moment zijn er geen concrete plannen om de regeling aan te passen.
Voor de goede orde wordt tot slot nog opgemerkt dat de TVR een beroep op de ‘klassieke’ aansprakelijkheidsbepaling (bijv. art. 6:162 BW) niet blokkeert.
BBr 2014 in het algemeen
In de BBr 2014 doen brandverzekeraars onder voorwaarden afstand van hun verhaalsrecht op bepaalde categorieën aansprakelijke derden. De BBr 2014 is van toepassing op alle bij het Verbond van Verzekeraars aangesloten verzekeraars. De regeling heeft voor elk van deze leden een bindend karakter. Andere verzekeraars kunnen verklaren overeenkomstig de regels gesteld in de BBr 2014 te zullen handelen.
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de BBr een regeling betreft van algemene aard die zich uitstrekt naar niet bij het opstellen van de regeling betrokken derden. Derden kunnen zich dan ook beroepen op de in de regeling gemaakte afspraken.
Wanneer is de BBr 2014 wel en niet van toepassing?
De verhaalafstand richt zich tot de particulier die uitsluitend in de particuliere hoedanigheid aansprakelijk is. De verhaalafstand richt zich ook tot een bepaalde groep niet particulieren (huurders, pachters, lessees, bruikleners en bewaarnemers).
Voor andere niet particulieren is het uitgangspunt dat geen afstand wordt gedaan van het verhaalsrecht. Verhaal jegens deze niet particulieren wordt uitgeoefend indien hun aansprakelijkheid verband houdt met onzorgvuldig handelen of nalaten. Met onzorgvuldig of nalaten wordt gedoeld op het criterium van schuld in de zin van artikel 6:162 BW (onrechtmatige daad). Anders dan bij de voorloper van BBr 2014, de BBr 2000, zijn verzekeraars niet (meer) gebonden aan een minimale omvang die de regresvordering moet hebben dan wel een maximale omvang die de regresvordering mag hebben.
In afwijking van bovenstaande blijft het wettelijke van verhaal onbeperkt van toepassing:
- jegens diegene die met opzet de schade heeft veroorzaakt;
- jegens diegene tegen wie ter zake van de ontstane schade een gerechtelijke uitspraak wegens misdrijf in kracht van gewijsde is gegaan;
- ter zake van aanrijdings- en aanvaringsschade of ter zake van schade veroorzaakt door luchtvaartuigen, tenzij de schade is veroorzaakt door de bepaalde groep niet-particulieren;
- ter zake van schade waarvoor de Nederlandse Staat of buitenlandse overheden aansprakelijk zijn.
Artikel 4 van de BBr 2014 bepaalt onder meer dat het brandverzekeraars niet is toegestaan om in de voorwaarden van hun brandverzekeringen af te wijken van het recht van verhaal zoals hierboven is omschreven. Tot slot wordt opgemerkt dat bij het Verbond van Verzekeraars een opgave kan worden verkregen van de verzekeraars die hebben verklaard overeenkomstig de BBr 2014 te zullen handelen.
Meer weten over regres bij brand? Neemt u dan contact op met Manon Pluymen.