Verhuurders krijgen door de Wet Tijdelijke Huurkorting meer ruimte om in te spelen op de individuele situatie van huurders. Verhuurders kunnen bijvoorbeeld huurkorting geven voor een bepaalde periode en/of de huur tijdelijk bevriezen.
Op deze manier kunnen verhuurders huurders helpen, bijvoorbeeld in geval van inkomensverlies of wanneer ze willen doorstromen naar een meer passende (maar duurdere) woning. Dit geldt zowel voor huurders van sociale woningen als voor huurders van woningen in de vrije huursector.
De wet vormt onderdeel van de maatregelen die het kabinet heeft genomen om de betaalbaarheid van woningen te vergroten, in het bijzonder voor kwetsbare groepen.
Hoe gaat het in zijn werk?
De huurder vraagt de tijdelijke huurkorting aan. De verhuurder beslist over dit verzoek en maakt vervolgens (schriftelijke) afspraken met de huurder over de voorwaarden.
Na afloop van de periode van de tijdelijke huurverlaging geldt het volgende:
- De verhuurder mag de huurprijs verhogen naar de oorspronkelijke huurprijs (van vóór de huurverlaging).
- De verhuurder mag de oorspronkelijke huurprijs verhogen met de geldende wettelijke toegestane huurverhogingen gedurende de periode van de huurkorting. Voor sociale huurwoningen geldt dat dit kan tot maximaal het bedrag van de dan geldende liberalisatiegrens (2021: € 752,33).
- De verhuurder mag niet met terugwerkende kracht de verleende huurkorting alsnog in rekening brengen.
Als de huurkorting langer duurt dan drie jaar, dan is de huurkorting permanent geworden. Dit betekent dat de huurprijs niet meer mag worden teruggebracht naar de oorspronkelijke huur (inclusief eventuele huuraanpassingen in die periode). Wel mag de verhuurder over die verlaagde of bevroren huurprijs vanaf dan de ‘reguliere’ maximale jaarlijkse huurverhoging voorstellen.
Tips & Trucs
Het kan handig zijn om van tevoren af te spreken in welke gevallen de huurder een verzoek tot tijdelijke huurkorting te doen. En leg de schriftelijke afspraken/ voorwaarden over de tijdelijke huurkorting goed vast.
Let op: de huurkorting is niet afdwingbaar.
Huurgewenning wordt ook mogelijk gemaakt
De wet maakt ook huurgewenning voor maximaal drie jaar mogelijk. Als huurders naar een nieuwe huurwoning gaan waarvan de huurprijs hoger is, kunnen de verhuurder en huurder afspreken dat de huurder niet direct de eigenlijke huurprijs voor de nieuwe woning hoeft te betalen. De huurder begint dan met een lagere huur dan de eigenlijke huur. De huur wordt in maximaal drie jaar in stappen verhoogd naar de afgesproken huur. Zo raakt de huurder in een rustiger tempo gewend aan de hogere huurprijs. Dit draagt bij aan een betere doorstroming van ouderen die wellicht kleiner willen wonen en starters op de woningmarkt.
Vanaf wanneer gaat de Wet Tijdelijke Huurkorting in?
De wet Tijdelijke Huurkorting is op 1 april 2021 in werking getreden.
Allonge
Het heeft de voorkeur om de afspraken over een tijdelijke huurkorting schriftelijk vast te leggen in een bijlage bij de huurovereenkomst (een “allonge”).