Arbeidsrecht
4 december 2024

Onderscheid naar geslacht: wat je moet weten

Wouter Ribbers

Het maken van onderscheid naar geslacht is verboden (artikel 7:646 lid 1 BW); maar ook het benadelen van een werknemer die daar een beroep op heeft gedaan, is verboden (lid 14 van dat artikel).  In een recente uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam kwam het een werkgever duur te staan nu deze de verstoorde arbeidsrelatie die op grond van een beroep op dat onderscheid was ontstaan aanvoerde als reden om alsnog een eerder aangeboden verlenging van een arbeidsovereenkomst in te trekken.

Wat speelde daar?

Aan de betreffende werknemer was een verlenging van 12 maanden van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd aangeboden. Die werknemer deed en beroep op het verboden onderscheid naar geslacht, omdat een andere werknemer met een ander geslacht in dezelfde functie een hoger salaris kreeg dan aan deze werknemer werd aangeboden. Tussen werknemer en werkgever is daarover een debat ontstaan en uiteindelijk heeft de werkgever het aanbod tot verlenging ingetrokken omdat de arbeidsverhouding daardoor verstoord was geraakt.

Wouter Ribbers

Meer weten over dit onderwerp? 

Wil je meer weten over discriminatie op de werkvloer en hoe je dit kan voorkomen? Wouter denkt graag met je mee.

Contact Wouter

Hoe oordeelde het Gerechtshof daarover?

Anders dan de kantonrechter die hierover eerder had geoordeeld vond het Gerechtshof die reden in strijd met het benadelingsverbod uit lid 14 van artikel 7:646 BW.  Het Gerechtshof oordeelde dat als de werknemer geen beroep had gedaan op dat verboden onderscheid er geen verstoring van de verhouding was ontstaan en het aanbod tot verlenging niet was ingetrokken. Het Gerechtshof oordeelde dat het intrekken van het aanbod tot verlenging kwalificeert als een verboden benadelingshandeling. Dat vervolgens kwalificeert volgens het Gerechtshof als ernstig verwijtbaar handelen van de werkgever.

Wat is het gevolg van die beoordeling?

Vanwege het ernstig verwijtbare handelen kent het Gerechtshof vervolgens een billijke vergoeding toe. Daarbij is het Gerechtshof van oordeel deze begroot dient te worden op een jaarsalaris, het bedrag dat werknemer mist doordat het aan bod voor het jaarcontract ten onrechte is ingetrokken. De WW-uitkering  (in dit geval van slechts 3 maanden) is niet in mindering gebracht, waarbij mede in aanmerking is genomen het verwijt dat werkgever gemaakt kan worden van de intrekking van dat aanbod. 

Welke lering is hieruit te trekken?

Ga zorgvuldig om met een beroep door een werknemer op een discriminatieverbod. Weerleg dat beroep zorgvuldig als dat beroep ten onrechte is, maar herstel fouten als die gemaakt (dreigen te) worden. Pas op dat het vervolg niet als een benadelingshandeling geduid kan worden nu dat tot vergaande financiële gevolgen kan leiden. 

Schakel JPR advocaten in voor ondersteuning

Doet zich een dergelijke casus voor? Neem dan contact op met de arbeidsrechtadvocaten van JPR advocaten. Wij helpen je bij het voorkomen van grote financiële gevolgen of proberen de al ontstane schade tot het uiterste te beperken.   

Gerelateerde berichten

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang als eerste alle relevante juridische ontwikkelingen.