Onredelijk hoge bouwleges? Controleer het zelf!

JPR advocaten
Onredelijk hoge bouwleges? Controleer het! | JPR Advocaten

Wist u dat u de hoogte van de bouwsom en het toegepaste tarief voor bouwleges zelf eenvoudig kunt controleren? Bouwleges zijn al jaren een steen des aanstoots. Enige jaren geleden waren het vooral de projectontwikkelaars die zich verzetten tegen torenhoge rekeningen. Nu protesteert de Vereniging Eigen Huis gesteund door de landelijke VVD. Opvallend is wel dat het een landelijke partij is die wil ingrijpen en niet partijen uit de gemeentepolitiek, die de hoogte van de leges bepalen.

Vooral het gevoel dat de hoogte volstrekt niet gerechtvaardigd is in verhouding met de kosten van vergunningverlening, gevoed door grote onverklaarbare verschillen tussen gemeenten, speelt bij het verzet een rol. De door de gemeente in verband met deze vergunning te maken kosten, het argument om te heffen, zijn echter niet relevant.  

Bouwleges

Leges worden geheven volgens de legesverordening, gebaseerd op de bouw- of aanlegkosten. Voor deze bedragen wordt gekeken naar de aanneemsom conform de UAV. Als die ontbreekt, worden deze bedragen vastgesteld conform de NEN 2631 of naar aanleiding van een oppervlakte of inhoudsmaat zoals beschreven in de verordening. 

Voor u is het bedrag onder de streep belangrijk, maar het kan de moeite lonen om precies verschil te maken tussen enerzijds bouwkundige kosten en anderzijds andere kosten. Het uitgangspunt voor de berekening is zo correct. Op deze, dan lagere, bouwkosten moet vervolgens het tarief uit de verordening worden toegepast. Dit is een eenvoudig sommetje.

Belangrijker is de vraag of de legesverordening en met name het tarief wel geldig is.

De Gemeentewet stelt de eis dat de geraamde baten van een dienst de geraamde lasten niet mogen overtreffen. Bij de bouwleges betreft dit alle voor Wabo-diensten te maken kosten. De kosten met betrekking tot kapvergunningen mogen bijvoorbeeld gedekt worden door de opbrengsten uit de bouwvergunningen. Alle enigszins met Wabo-diensten verband houdende kosten mogen ook worden meegerekend. Zodra de totale kosten bekend zijn, wordt de hoogte van de leges in de verordening vastgesteld. 

De rechter corrigeert de gemeente pas als hij de volgens de gemeentelijke begroting geraamde bedragen aan opbrengsten en lasten niet in redelijkheid op deze hoogte heeft kunnen schatten. Daarbij hoeft de gemeente niet voor alle genoemde diensten afzonderlijk en op controleerbare wijze vast te leggen hoe de kosten zijn geraamd.

Hoge Raad

In zijn uitspraak van 4 april 2014 heeft de Hoge Raad zich uitgelaten over de vraag of de bewijslast met betrekking tot de raming op de gemeente of de belastingplichtige rust. De Hoge Raad oordeelde dat de gemeente globaal inzicht dient te verschaffen in de geraamde baten en lasten. Als dit globale inzicht is verschaft, hoeft alleen dan nadere informatie gegeven te worden als de belastingplichtige kan onderbouwen dat deze raming niet klopt of dat bepaalde kosten niet meegerekend behoren te worden.  

Of een correctie op de leges nodig is wordt door rechters soepel beoordeeld. Het wordt belastingplichtigen hiermee moeilijk gemaakt de raming van de gemeente te controleren.  

Als kosten ten onrechte zijn meegerekend, moet een herberekening gemaakt worden zonder deze kosten. Vervolgens moet de hoogte van de leges pro rato worden aangepast. Er is dus veel administratief speurwerk nodig om fouten op te sporen voor een vaak kleine winst. 

In strijd met een algemeen rechtsbeginsel

Het echte succes, de onverbindendheid van de verordening zodat geen leges kunnen worden opgelegd,  kan pas behaald worden als de regeling in strijd is met een algemeen rechtsbeginsel of wanneer van tevoren duidelijk is dat deze moet leiden tot een legesheffing die de wetgever niet op het oog gehad kan hebben. Dit is bijvoorbeeld het geval als de geraamde baten de lasten voor meer dan 25% overtreffen en de gemeente dit tevoren had moeten begrijpen.

Van een heel ander geval van systematisch onjuiste heffing was sprake in Rotterdam zoals blijkt uit een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van
7 september jl. 

In Rotterdam werden de leges bepaald op bedragen die per staffel opliepen. Gevolg was dat elke keer als de bouwkosten in een hogere staffel kwamen, dus bij een verhoging met €0,01 op de grens, de leges met een sprong omhoog gingen. De leges werden dan bijvoorbeeld verhoogd met een bedrag waardoor in plaats van 3,58%, 8,46% van de bouwsom aan leges verschuldigd was. Dit was onredelijk en willekeurig evenals de variatie in de last van 1,5% tot 9,5% van de bouwsom.

Daarbij komt dat de Hoge Raad eerder had bepaald dat leges ter hoogte van 2,25% van de bouwkosten niet willekeurig of onredelijk waren. In dat licht vond eerder de Rechtbank in de Rotterdamse zaak een legesbedrag van afgerond 5,35% wel onredelijk.

Conclusie

De hoogte van de bouwsom en het toegepaste tarief kunt u zelf eenvoudig controleren. Alleen bij twijfels over zeer hoge leges is het de moeite waard stappen te ondernemen. Bij systematische onjuistheden zoals in Rotterdam is bij hoge bedragen het starten van een procedure de moeite waard. 

Wij helpen u graag, maar soms is een advocaat niet nodig of is vooraf duidelijk dat een procedure niet de moeite waard is. Wij adviseren u dan geen stappen te ondernemen en geen advocaatkosten te maken. 

Gerelateerde berichten

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang als eerste alle relevante juridische ontwikkelingen.