Wet DBA

De veelbesproken Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (hierna: wet DBA) moet de zogeheten “schijnzelfstandigheid” tegengaan. Onder zelfstandigen heerst echter onduidelijkheid over deze wet. De wet is al jaren geleden ingevoerd, maar de Belastingdienst handhaaft vooralsnog niet. Vanaf 1 januari 2025 lijkt daar verandering in te komen. Welke (mogelijke) gevolgen heeft deze verandering?  

Direct contact opnemen
Wouter - Doetinchem

De wettelijke grondslag

Op basis van de wet (artikel 7:610 BW) is sprake van een arbeidsovereenkomst wanneer een werknemer in dienst is van zijn/haar werkgever, er persoonlijk arbeid wordt verricht en de werknemer daarvoor een beloning ontvangt. Wanneer aan deze vereisten wordt voldaan kent de werknemer meerdere aanspraken op basis van de wet. Denk onder andere aan:

  • Loon doorbetaling bij ziekte;
  • Vakantiegeld;
  • Transitievergoeding ingeval van ontslag;
  • Werkgever is verplicht loonbelasting en premies in te houden en af te dragen.

Voor een overeenkomst van opdracht geldt het bovenstaande niet. Een opdrachtnemer kent een behoorlijke mate vrijheid in het uitvoeren van de werkzaamheden. Daarnaast is de opdrachtnemer zelf verantwoordelijk voor het afdragen van eventuele belastingen en/of premies. Het verschil tussen een arbeidsovereenkomst en een opdrachtovereenkomst is met name van belang voor de civielrechtelijke en fiscale gevolgen.

Wet DBA

De wet DBA is op 1 mei 2016 ingevoerd ter vervanging van de VAR-verklaring. Deze wet zou antwoord moeten geven op de vraag of sprake is van een dienstbetrekking, meer specifiek een arbeidsovereenkomst of een overeenkomst van opdracht, juist met het oog op de fiscale gevolgen. Wanneer onduidelijkheid bestaat over het karakter van de samenwerking, kan een modelovereenkomst die is goedgekeurd door de Belastingdienst een oplossing bieden. Een modelovereenkomst benadrukt in beginsel dat een opdrachtnemer zijn of haar werkzaamheden zelfstandig en zonder gezagsverhouding uitvoert. Het niet hebben van een dienstbetrekking heeft immers financiële voordelen.

In de praktijk is de handhaving door de Belastingdienst op de wet DBA beperkt gebleken. Bovendien heeft het wettelijk kader niet de gewenste duidelijkheid geboden. In de rechtspraak is dit vraagstuk ook uitgebreid aan de orde geweest. De Hoge Raad heeft in het bekende Deliveroo-arrest bepaald dat wanneer onduidelijk is of sprake is van een dienstbetrekking, dat de tekst van de overeenkomst niet doorslaggevend is. De feitelijke situatie moet aansluiten op de juridische situatie. Dat alles hangt af van alle omstandigheden van het geval in onderling verband bezien.

De Belastingdienst heeft aangegeven dat zij per 1 januari 2025 zal gaan handhaven. Op het moment dat de feitelijke situatie en de juridische situatie niet op elkaar aansluiten, bestaat een kans op een boete of een naheffingsaanslag voor de niet-betaalde belastingen en premies voor werknemersverzekeringen.

Marjolein0T2A0903bewprofiel (Aangepast)

Hulp bij wet DBA?

Wij checken jouw overeenkomst

Wil jij gecontroleerd hebben of de overeenkomsten met zelfstandig personeel correct zijn?

Vul hieronder het contactformulier in en wij komen zo snel mogelijk bij je terug.

Neem contact op

Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden

Vanwege de heersende onduidelijkheid heeft minister Van Gennip een wetsvoorstel ingediend. Het wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (hierna: wet VBAR) moet verduidelijken wanneer iemand in dienst is van een werkgever en een rechtsvermoeden van een arbeidsovereenkomst bestaat. Het wetsvoorstel houdt in:

  1. De uitbreiding van artikel 7:610 BW;
  2. Een nieuw wetsartikel: 7:610aa BW.

Uitbreiding artikel 7:610 BW

De wetgever hoopt met de uitbreiding van het artikel sturing te geven aan de praktijk. Aan de hand van een aantal hoofdelementen kan worden vastgesteld of sprake is van een gezagsverhouding:

  • Werkinhoudelijke aansturing door de werkgever;
  • De werkzaamheden zijn organisatorisch ingebed in de organisatie van de werkgever;
  • De werknemer verricht de arbeid niet voor eigen rekening en risico.

Wetsartikel 7:610aa BW

Het wetsartikel gaat uit van een rechtsvermoeden van een arbeidsovereenkomst gebaseerd op een uurtarief van tenminste € 32,24 per uur. Wanneer de werkzaamheden tegen een lager uurtarief worden verricht, wordt geacht dat de werkzaamheden worden verricht op basis van een arbeidsovereenkomst.

Wil je jouw overeenkomst laten checken?

Gelet op het bovenstaande is het belangrijk te (laten) beoordelen of de overeenkomst aansluit bij de manier waarop uitvoering wordt gegeven aan de overeenkomst. Dit voorkomt mogelijk financiële consequenties. JPR Advocaten helpt hier graag bij:

  • Voor € 750,- excl. btw checken wij de huidige overeenkomst en brengen wij deze in overeenstemming met de wettelijke regels, inclusief telefonisch intake- en eindgesprek.
  • In dat kader kunnen ook vragen rijzen over de toepasselijke cao en pensioen. Voor € 1.250,- excl. btw nemen wij ook deze onderdelen mee in de beoordeling, inclusief telefonisch intake- en eindgesprek.
  • Wil je graag een volledig nieuwe overeenkomst opstellen? Dat is uiteraard ook mogelijk. Dit vergt maatwerk. Voor deze werkzaamheden hanteren wij onze geldende uurtarieven.

Direct contact opnemen

Onze arbeidsrechtspecialisten helpen je graag.

Ontdek de nieuwste ontwikkelingen

Moord en doodslag en het erfrecht

Het wetboek van erfrecht bevat maar liefst 680 bepalingen. De wetgever heeft aan veel situaties gedacht. Ook aan de...

Hoge Raad geeft verhuurders duidelijkheid: huurprijswijzigingsbeding niet oneerlijk

Het hield de gemoederen in de vastgoedwereld bezig de laatste maanden: de vraag of een huurprijswijzigingsbeding dat...

Vakantiedagen meenemen naar 2025: hoe zit het ook alweer?

Het aantal vakantiedagen is en blijft onderwerp van gesprek op de werkvloer. Aan het einde van ieder kalenderjaar...